Urusa (ziener): een staat van gepolijste spiegel zijn voor het goddelijke; ware kennis.
Prakriti (gezien): alles wat is gegeven eren en erkennen; God is overvloedig voor ons; natuur. Gunas (kwaliteiten van de geest):
Tamas (traagheid): vast in negativiteit, spiraal naar binnen
Rajas (activiteit): energie voor materiële behoeften, maar niet spirituele waarheden, spiraal naar buiten
Sattva (balans): actie ingegeven door spirituele waarheid Koshas (omhulsels):
Annamaya kosha: (anna = voedsel), alles wat betrekking heeft op het fysieke lichaam en de fysieke aspecten van wie we zijn, de tempel van onze ziel.
Pranamaya kosha: (prana = energie), het pad naar de wereld buiten de zintuigen, de kosha die de uiterlijke oriëntatie verbindt met de innerlijke oriëntatie
Manamaya kosha: (mana = de geest die gedachten en emoties verwerkt) onze percepties van wat binnenkomt via de zintuigen, guna’s
Vijnanamaya kosha: (vijna = wijsheid) de hoek van kennis en juiste actie, percepties van het zelf (ego) zijn hier, dit is het gebied van het zelf dat sterk kan worden beïnvloed en zelfs veranderd tijdens trauma. Dit is de kosha die verheffing en voeding nodig heeft als we ons alleen richten op negatieve gedachten, waarbij we het positieve vergeten. We moeten voor deze kosha zorgen wanneer we scheiding voelen, wat de ultieme oorzaak is van lijden dat voorbij onze angsten en onzekerheden heen werkt. In deze kosha wordt alles in zwart-wit gezien, zonder grijs gebied.
Anandamaya kosha: (ananda = gelukzaligheid) de onveranderlijke (gelukzalige) verbinding met God die het portaal is om jezelf te begrijpen.
Geef een reactie